Vastgoedprojecten worden vormgegeven aan de hand van het goederenrecht, dat (grotendeels) wordt gereglementeerd in 19e-eeuwse regelgeving. Die verouderde regelgeving wordt gekenmerkt door een gebrek aan flexibiliteit, functionaliteit en transparantie. Het goederenrecht ondergaat weldra een make-over: op 1 september 2021 zal het nieuwe Boek III “Goederen” (“Boek III”) van het nieuw Burgerlijk Wetboek (“NBW”) in werking treden.
Is die hervorming een zegen voor de vastgoedpraktijk of een maat voor niets?
Willem Mariën en Siebe Van Malderen bespreken de twee algemene principes en twee zakelijke rechten (recht van erfpacht en recht van opstal), die voor de vastgoedpraktijk van de lokale besturen van doorslaggevend belang lijken.